Bij onderzoeken zoals een groeiplaatsonderzoek zetten boomspecialisten veelal een grondradar in. De situering van beworteling kan bijvoorbeeld in diverse gevallen in beeld worden gebracht met behulp van de grondradar technologie. Dit in combinatie met het graven van een aantal proefsleuven. De grondradar wordt onder andere ingezet om de ligging en intensiteit van beworteling te detecteren.
De grondradar is een non-destructieve methode om boomwortels te detecteren. Het betreft een geofysische meetmethode die gebruik maakt van elektromagnetische signalen. Door inzet van een grondradar kan in combinatie met referentiegegevens een beeld worden verkregen van de bodemopbouw en materialen alsmede de afwijkingen in de bodem.
De grondradar kan de ligging van boomwortels, kabels en leidingen en andere ondergrondse obstakels in beeld brengen. Dergelijke ondergrondse objecten vertonen karakteristieke afwijkingen in de vorm van hyperbolen op de uitleesapparatuur. Door met de grondradar verschillende meetlijnen te maken langs een boom, kan een goed beeld worden verkregen van de globale positie, intensiteit en diepteligging van beworteling. Ook kan met de grondradar een verschil in wortelintensiteit gemeten worden. Dit kan ter plaatse van een trottoir, parkeervak en/of weggedeelte.
Benieuwd geworden hoe een grondradar er in de praktijk uitziet en vooral hoe het werkt? In het beeld hier rechts op de pagina is een radarprofiel opgenomen van een grondradar. De rode vlakken zijn indicaties van wortels en de gele stukken zijn indicaties van kabels/ leidingen. De reflectiesterktes verschillen onderling en worden door een radarspecialist in samenwerking met een boomspecialist geïnterpreteerd.